Posts

Posts uit juli 3, 2011 tonen

persoonlijkheidsverwisseling

Afbeelding
Het gaat erom dat wij, onze huidige persoonlijkheid, ons ego, verdwijnt. Wij moeten verdwijnen pas dan kan dat Andere in ons opstaan. Dit gaat niet vanzelf, het is een proces. Het proces van de persoonlijkheidsverwisseling. Hoemeer wij ruimte maken voor dat Andere hoemeer dat Andere in ons op kan staan. Dit kunnen wij niet zelf doen. Dit kan alleen door ontvankelijk te zijn voor de Christus, de Essentie. Daar naar luisteren, daar gevoelig voor worden. Het Licht in de duisternis waardoor de duisternis mag verdwijnen. Dit proces gaat dus heel ver. Alles wordt uiteindelijk omgezet, alle lichamen, het fysieke lichaam, het astrale lichaam, je aura, het mentale lichaam. Je denken, je voelen, alles wordt anders. Je wordt de Nieuwe Mens. Niet van de tijd maar van de Eeuwigheid. Bij iedereen waar dit plaatsvindt zal her-kenning zijn, eenwording, een Ziel, een Wezen zijn, een in Liefde. Voorwaarde dat dit proces in gang kan gaan is dat dit Andere wakker wordt. Anders weten we niet eens

20-6-42 vrij zijn binnenin

Om te vernederen zijn er twee nodig. Diegene, die vernedert en diegene, die men wil vernederen en vooral: die zich laat vernederen. Ontbreekt de laatste, dus: is de passieve partij immuun voor iedere vernedering, dan verdampen de vernederingen in de lucht. Wat er overblijft, zijn alleen maar lastige maatregelen, die in het dagelijkse leven ingrijpen, maar geen vernederingen of verdrukkingen, die de ziel beklemmen. men moet de Joden daartoe opvoeden. Ik fietste langs de Stationkade vanochtend en genoot van de wijde hemel daar aan de rand van de stad en ademde de frisse, ongerantsoeneerde lucht in. En overal bordjes, die wegen, de vrije natuur in, voor Joden versperd hielden. Maar boven dat ene stuk weg, dat ons blijft, is ook de volledige hemel. Men kan ons niets doen, men kan ons werkelijk niets doen. Men kan het ons een beetje lastig maken, men kan ons beroven van wat materiele goederen, van wat uiterlijke bewegingsruimte vrijheid, maar wijzelf plegen de grootste roof aan ons, wij r

17-6-42 een geheel

Ik geloof, dat ik langzamerhand mezelf begin aan te passen bij mezelf, hoe duister dit ook moge klinken. Er rennen niet meer delen van mezelf als hollende paarden vooruit, en slaan niet meer stukken en gedachtes plotseling uit het grote verband, het is of alle delen zich steeds hechter samentrekken om de kern en of alles samen in een en hetzelfde rythme voorwaarts gaat. De bezielende kracht, die vanuit mijn middelpunt uitgaat, bereikt ook langzamerhand de verst naar buiten gelegen peripherieen, hier begint zich langzaam de kring te sluiten, vooral na zo een paar dagen van inzinking, voel ik dat dubbel sterk. Een sterk levensgevoel en een levensliefde, die steeds gelijkmatiger over het hele wezen verdeeld raakt en ook de kleinste dagelijkse handelingen doortrekt. Etty Hillesum

verlangen

Afbeelding
Wat begeer je, wat verlang je, waar gaat t je werkelijk om in dit leven? Dat zet je in gang, en heel vaak, daardoor raak je gevangen, bevangen. Dat is wat je uitstraalt en weer terugkrijgt, wat je afstoot en aantrekt. Ook heel belangrijk, bv in het lezen van geestelijke literatuur, je kunt slechts dat ontvangen, bevatten, wat in je is. Van de rest maak je beelden, of je kunt er gewoon helemaal niks mee. Als er enige reactie-mogelijkheid, dan is er iets in jou wat t her-kent. Maar ja dat kan ook fiks confronteren. Dan stoot je het af, gaat in de weerstand, wordt boos of wat dan ook. Als t je neutraal laat, ja dan is er gewoon geen ontvangstkanaal, geen verbinding, ben je nog diep in slaap. Het is zo binnen zo buiten, alles energie. Dus waar ligt je verlangen, waar ligt je drijfveer werkelijk? En nogmaals hoe vrij zijn we werkelijk? Willen we wel vrij worden. Is dit t diepste verlangen, of liggen er andere verlangens? Uiteindelijk zul je het Weten en van daaruit doe je gewoon

12-6-42 zo binnen zo buiten

En nu schijnt het erdoor te komen dat de joden niet meer in groentewinkels mogen komen, dat ze hun fietsen moeten inleveren en niet meer in de tram mogen, en 's avonds na 8 uur binnen. Wanneer ik me over die maatregelen gedeprimeerd voel, zoals vanochtend, toen ze even als een loden dreiging me trachtten te verstikken, dan gaat het toch niet om die maatregelen. Dan is er alleen maar een grote treurigheid in me en die zoekt dan stof om zich heen om zichzelf aan te bewijzen. En een onprettige les die ik zou moeten geven boezemt me dan net zoveel angst en beklemming in als de ergste maatregel van mijn bezettingsmacht. Het zijn nooit de dingen van buiten, het is altijd het gevoel in me, gedeprimeerdheid, onzekerheid of wat ook, die aan de uiterlijke dingen het treurige of dreigende aanschijn geeft. Het werkt bij mij altijd van binnen naar buiten, nooit van buiten naar binnen. Meestal slaan de dreigendste maatregelen - en het zijn er nogal wat tegenwoordig - te pletter tegen mijn eigen