Posts

Posts uit december 5, 2010 tonen

het Heilige afsluiting

Op het ogenblik dat de nieuwe maan geboren werd had de overheersing van het weerspiegelende maanleven als aardse belevenis opgehouden en was daardoor de mogelijkheid geschapen een nieuw leven te beginnen waar de tirannie van onze zintuiglijke en zinnelijke voorstellingen die door ons brein dat in de tegenstellingen verstrikt was als echte realiteit werd aanvaard. Dit 'verloren' ogenblik bevond zich dus tussen de twee elkander weerspiegelende gestalten zoals we die ook in de ark als de tegen over elkander geplaatste cherubs terug vinden. Het binnengaan van de onsterfelijke en eeuwige God is het ogenblik waarin het mensenkind innerlijk aangeraakt wordt tot een nieuw leven. Maar de vernieuwing ligt in het aanwezig zijn, in het bewustzijn waar het maan-bewustzijn, de nacht-zijde en duisternis van het aardse leven (de buitenste duisternis) ophield te overheersen waardoor het ogenblik van de nieuwe geboorte vermocht aan te breken. En zoals iedere maand deze mogelijkheid der 'onb

het Heilige 1

Als er sprake is van een bovenaardse macht, heersend in een voorwereldlijke sfeer, van voor de grondlegging der wereld, een macht die haar wortels heeft in de oneindigheid en onvergankelijkheid, ondenkbaar en onvoorspelbaar en deze macht zou zich willen openbaren, waar zou dan het bemiddelingspunt moeten liggen? Het zou een plaats moeten zijn waar het oneindige zich 'vereinigde', het onvergankelijke een verbinding zou aangaan met het vergankelijke. Het zou aan de rand staan van twee werelden, de wereld van het leven en de wereld van het sterven. Het zou een voor mensen onaanraakbaar gebied moeten zijn d.i. heilig, en dit gebied kon alleen betreden worden door die mensen die in zich het tijdelijke met het eeuwige verwisseld hadden en aldus van de dood niets meer hadden te vrezen. Daardoor is te begrijpen dat de plaats van het heilige het graf is voor alles wat sterfelijk is maar een opstanding voor wat heilig en goddelijk genoemd wordt. Het is hetzelfde als uit het verderfelijk

All-een

Dat is de kern, in ons diepste Wezen zullen we all-een zijn, zijn we all-een maar nooit eenzaam. Dus als we die Kern vrijmaken is eenzaamheid van de verleden tijd. Dan ben je verbonden, een, met alles en iedereen. Dit vrijmaken gaat natuurlijk niet vanzelf. Er is geen wonderformule voor, het is geen denkspelletje, het is iets van ont-dekken. Het heeft ook met begrip te maken. Over je medemens, dat we allemaal gewoon heel lieve mensen zijn maar door omstandigheden, ervaringen uit het verleden, vaak heel misvormd geraakt zijn, onszelf kwijt geraakt zijn. Maskers opgezet, muren opgebouwd, ons verschanst achter bepaalde zekerheden. Maar dit is niet de hele mens. De ware Mens zit daaronder. De kwetsbare mens vaak, het gevoel verstopt, de pijn verstopt, of niet meer weten dat t anders is omdat het zo weggestopt is dat je er niet meer bijkan. Dit is natuurlijk ook nog niet de ware Mens. Maar deze mens, de kwetsbare mens, de verwonde mens kan pas geheeld worden als zij deze wonden mogen

een enkel ogenblik afsluiting

de wil tot licht is licht. In de wil tot kracht is kracht. In de wil tot leven is leven. Ik wil het licht, de kracht en het leven. Geef deze wil nooit prijs. Ook voor de dood niet. Zeg nooit tot de dood: ik wil niet meer leven. Zeg tot hem: ik leef en blijf leven en laat dit niet onderbreken. Er is 'een weinig levens' in de mens waarover de dood geen macht heeft. Ge kunt het gewaarworden in uw eigen binnenste. Het is het zelf, het ik zijner ondeelbaarheid, zijn individualiteit. Het is het zegel Gods, het stempel der gezalfdheid. Natuurlijk is het een geschenk, ge krijgt het uit liefde geschonken en kunt het alleen in liefde ontvangen. Het ligt op u te wachten. Maar wil dan ook niets anders. Er is veel dat wij moeten en weinig dat wij willen. Er is veel dwang in begeren en verlangen en weinig vrijheid nog tot willen uit eigen beweging. Toch is dit er ieder ogenblik, ieder ogenblik; nu als u dit leest is het er. Kies het voor altijd en eeuwig. Kies het. Het is het sc

een enkel ogenblik 5

Maar hoe moet het verklaard worden als iemand beweert dat hij in zich het rijk Gods gevonden heeft en het licht en de zuiverheid, de kracht en de heerlijkheid ervan beleeft, niet omdat hij het als bij een computer van buitenaf erin stopt maar omdat hij het zich van binnenuit als de grootste realiteit vermag te openbaren, een werkelijkheid waartegen iedere andere realiteit teniet gedaan wordt omdat het een aloverwinnende werkelijkheid is. Dit zou een zeer gelukkige situatie opleveren, niet van een zelfzuchtige en verstarde onverstoorbaarheid, maar die van die merkwaardige zekerheid waarin de mens weet dat hij op een wijze liefheeft die door niets en niets onderbroken worden kan. Dit is een stralende en zeer positieve werkzame onverstoorbaarheid. Dit stelt hem in staat bij wijze van beproeving, de diepste verlorenheid te doorstaan, waarin hem iedere hoop, iedere verwachting naar toekomende dingen, iedere eerzucht van te willen bereiken of te willen bezitten uit hoofd en hart geslagen

een enkel ogenblik 4

Dat een mens hierbij de hulp inroept van Christus of een Heiland waarin hij zijn geloof heeft is heel begrijpelijk en ligt zelfs voor de hand. Ik zou haast zeggen, zonder die hulp redt hij het niet. Het gaat hier immers niet om het 'alleen doen' uit een soort van eerzucht van: dat varkentje kan ik alleen wel wassen. Hij zal tot de ontdekking komen dat de nood waarin hij naar zijn afgescheidenheid verkeert zeer dwingend en zeer dreigend kan zijn. Dit is weliswaar een spel in zijn verbeelding van die duistere machten zelf waaraan hij dan is uitgeleverd, maar het ligt voor de hand dat hij alle hulpmiddelen te baat neemt om onder die dwangmatige toestand van lijden of vereenzaming uit te komen. Want wat een mens zelf aanricht om die afgescheidenheid te beladen en te belasten grenst aan het ongelooflijke. De hardheid van zijn oordelen hetzij tov zijn medemensen of tov zichzelf of van een andere vermeende godheid is menigmaal als graniet. Daarop is hij dan nog trots ook en zal zelf