Posts

Posts uit oktober 3, 2010 tonen

de Oorsprong 2

De woorden uit het zelf moeten doende blijven, werkend, actief, beweeglijk, voortdurend wisselend en dragers van eenzelfde leven. Niet wat we begrijpen kunnen, maar hoe we onze woorden kunnen laten leven, omdat ze in ons ontstaan, geboren worden en zich losmaken uit hun oorsprong en opstijgen naar het bewustzijn. Jezus zeide: Wie zal drinken uit mijn mond, zal worden als ik ben. Daarom moeten de woorden vloeibaar zijn van leven en krachten. Hoe zouden we ze ooit anders kunnen drinken en daardoor deel krijgen aan de ik-substantie, de zelf-substantie, die Hij is en wij worden. Nee, we zouden geen verstarde begrippen belijden, omdat deze tot dode obstakels worden in onze ziel en ons naar onze gevoeligheid onbeweeglijk maken en dor. Dan kan de ziel niet gevoed worden, en zal zij niet groeien, maar esthetisch blijven, bloedarm en zwak. O nee, we zullen het Zelf, het Ik nooit begrijpen kunnen, noch omvatten de oceaan van krachten, die haar ter beschikking staan. Er is alleen maar het levend

de Oorsprong 1

Ge zult worden wat ik ben en ik zelf zal worden wat hij is en de verborgen dingen zullen hem geopenbaard worden. 'Ik' is niet te begrijpen. Er is geen enkel denkbeeld dat 'Ik' kan weergeven. De oorsprong van Ik is ook de oorsprong van bewust zijn, het 'in den beginne', de eerste openbaring van het leven. 'Ik' moet dus gevormd zijn. Hoe kan zich anders het leven aan de mens waar maken? Toch alleen door zijn Ik? Het Ik van alle mensen over de gehele wereld is van dezelfde substantie. Een stralende substantie, een onvernietigbare substantie, lichtend, veilig, kracht uit kracht, bron uit bron, leven uit leven, bewustzijn uit bewustzijn. Is dit te begrijpen? Een begrip is verstard. Als we een verstard begrijp belijden, verstart de ziel. Niet wat we begrijpen kunnen, is het leven. Maar wat we leven kunnen, door het te zijn. Door het leven te leven. wat zal men er anders mee kunnen doen? Een mens zal nooit begrijpen wat hij is. Daarom zal hij nooit antwoord

het perspectief

Is toch n geweldig perspectief. Wat binnen de tijd, de dualiteit, ook allemaal plaatsvindt. Wat we hier ook doen, buiten de tijd, in de Eeuwigheid, is dat wat de Oplossing is, de Verlossing. Uiteindelijk voor iedereen. En die Oplossing, die Verlossing is nu aanwezig, en elk volgend moment. Als de tijd rijp is, als het leven ons zozeer gelouterd heeft dat we ons hart willen openen dan zal dit ons omarmen, verwarmen, vervullen. Dan zullen we meer en meer hiermee, met/in de Liefde mogen versmelten, een worden. Dit gebeuren vindt plaats in interactie met de duisternis, met de verwarring de soms ten hemel schreiende wanhoop en verdriet. De diepe donkere nacht, helemaal verloren zijn, geen uitzicht meer op wat dan ook. Juist dan kan er ontvankelijkheid komen voor dat Licht voor de Liefde, voor de Oplossing, voor de Verlossing. Het is aan ons wanneer we er rijp voor zijn, maar eens, ooit, binnen de tijd, zullen we klaar zijn, en de eeuwigheid binnen kunnen stappen. Het Licht zal meer en

introductie tijd voor de Sleutel tijd voor mentaliteitsverandering

het verloren schaap afsluiting

Wereld, mens, noch kind kan werkelijk leven zonder het Ene en de kracht van het Ene, dat in ieder van ons is, in ieder kind, in ieder mens, man of vrouw. De herder weet het. Hij weet het en gelooft het en komt niet eerder terug of hij moet Het gevonden hebben. Het, Dat Ik is, Mij. De herder is niet de honderste, hij is de verantwoordelijke mens, die zegt: Ik moet die ene vinden, die weggelopen is. "Weggelopen' is natuurlijk niet waar. Hij, die de grootste is, is niet weggelopen, is niet verdwaald. De negenennegentig waren weggelopen. De mens is weggelopen met alles en alles. Behalve het Ene. Dat heeft hij laten staan. Hij zegt: 'Ik red me best zonder het Ene. Ik weet zelfs niet waar je het over hebt'. Hij weet niet meer dat het niet gaat zonder de Ene. Als hij dat wat hij is naar oorsprong en waarheid, niet in zijn bewustzijn betrekt, komt hij onder het gezag van krachten buiten hem. Hij raakt zijn eigen gezag kwijt. Hij zegt: We doen het best in de wereld: Ieder voo

het verloren schaap 1

Jezus zeide: Het Koninkrijk is gelijk een herder, die honderd schapen had. Een van hen verdwaalde, welke de grootste was. Hij liet de negen en negentig achter, hij zocht naar het ene, totdat hij het vond. Nadat hij zich alle moeite gegeven had, zeide hij tot het schaap: Ik heb je meer lief dan de negen en negentig. De honderste is de Ene. Zonder de Ene verkeren de andere negenennegentig in voortdurend gevaar, dàt niet alleen, maar leven ze in de staat van afgescheidenheid. De Ene is hij zonder wie de herder niets kan beginnen. Zonder de Ene is het volk als verloren, is de mens als rusteloos en onbekwaam te leven. Het honderste is het grootste onder de schapen. Wie zijn de schapen? U of ik? Wie vormen de kudde? U, ik? Nee. Ieder mens is de negenennegentig. Ieder mens is al het andere behalve het Ene, de honderdste, de duizendste. Hij moet de honderste vinden. Niet als een boek, niet als een preek, niet als een geschreven woord, waarop wij ons altijd beroepen. Zich beroepen op geschre

Zien

Als alle beelden verdwenen zijn, alle invullingen, en jij vervuld bent geraakt door dat Andere, door de Liefde, door de Essentie, dan heb je de ander lief, mag de ander totaal zijn die hij/zij is. In die Zijnsstaat kan de ander je dan ook niet kwetsen, want je hebt alles. Je hebt geen beeld van jezelf, hoeft niks te verdedigen, je Weet. Dit Weten is dus niet van het verstand, het is geen beeld, je Weet het, het is je bewustzijn. In die Zijnsstaat heb je in alle eenvoud lief. En dan nog, zonder weerstand geef je soms grenzen aan, beter gezegd de Essentie in jou geeft grenzen aan, is helder in wat nodig is. Het stroomt heel natuurlijk naar buiten als het moment dit vraagt. In dit alles is eigenlijk het denken de grote stoorzender. Daardoor ontstaan de beelden, de verwijdering tussen elkaar, de beladenheid, de verlangens, de angst, de onzekerheid. In het ont-moeten van de wereld, van de ander is geen enkel denken nodig, geen enkele gedachte. Alleen heel praktisch om naar de winkel te