Posts

Posts uit maart 7, 2010 tonen

uit de Zelfde 7

Het is onmogelijk wat iemand heeft ondervonden als juist en gevoeld heeft als het enige en waarachtige, als een toestand die is wat het is, te veranderen en te verwisselen voor iets waarvan iemand anders zegt dat het beter is. We gevoelen en ondervinden immers niet wat een ander zegt, wat het dan ook is. In deze dingen gaat het er niet om een ander te gehoorzamen op straffe van pijn en eeuwig durende vernietiging. Maar het gaat om wat we zelf zijn in de oergrond van ons zelf. De waarde die wij aan het leven geven is de hoogste die we kunnen uitspreken. Het leven zelf is onvernietigbaar en het is de mens gegeven zich dit essentiële leven bewust te zijn. D.i het te gevoelen en te beleven als een werkzame substantie, een niet te verdelgen werkelijkheid. Het is de hoogst bevoegde substantie, de aristocraat bij uitnemendheid, de naam die slechts geweten wordt door degeen die hem ontvangt en waarvoor geen uitspraak is dan in een omschrijving. Jesaja zegt: 'Ik ben de Heer, dat is mijn na

uit de Zelfde 6

Het is niet mogelijk dit voor een ander te kiezen, zelfs niet hem of haar aan te raden dit te doen omdat het zo goed is of om een of andere reden. Het is eigenlijk heel eenvoudig en onweerlegbaar dat een mens wil beantwoorden aan wat hij zelf is ook al weet hij in de verste verte niet wat dit betekent. Ik bedoel daarmede hetzelfde als Paulus zegt dat een mens niet kan bevroeden wat God weggelegd heeft voor hen die Hem liefhebben. Er zijn mensen die zeggen dat God hun het leven gegeven heeft. Dat Hij het weg kan nemen enz., al naar almachtige willekeur. Ik geloof het niet. Ik ben tot de ontdekking gekomen dat ik altijd geleefd heb al valt het uiterst moeilijk dit nader te omschrijven. Want alle omschrijving komt voort uit mijn denken en al mijn denken is hier slechts 'stukwerk'. De Zelfde kan een ieder kiezen als de hoogste waarde in zijn leven. De Zelfde boven al het andere. De Zelfde boven al het veranderlijke. De Zelfde die zich handhaaft door alle gebeurtenissen heen. Die ni

uit de Zelfde 5

Eigenlijk is het dus heel eenvoudig. Er is geen enkel probleem meer want hiertoe kan een mens te allen tijde besluiten voor altijd. Er is gezegd: ge moet eerst het leven verliezen voordat ge het kunt vinden. Het leven vol problemen en dood, vol ziekte en ellende, vol angst en onrust, vol tegenstrijdigheden en troebelen zal hij moeten prijsgeven voor dit ene besluit. Hoe inniger hij het meent, des te zekerder is de uitwerking. Hij kiest de hoogste waarde. Als hij dit leven begint te geven zal het andere verschijnen. Het nieuwe, het heel andere, het blijde, vol verrukking en licht. Trouwens: geven betekent loslaten. We moeten de stroom onzer angsten aan de vergetelheid prijs geven. U kunt moeilijk uw noden verzamelen en uw narigheden en ze bij ik weet niet wie voor de deur leggen. Het zou geen zin hebben en ge zoudt er niet van verlost worden. Ze keren dan tot u zelf weer en u hebt alleen maar met uw noden de nood der wereld vergroot. Nee, het is een innerlijke verwisseling, een verander

uit de Zelfde 4

De psychoanalyse veronderstelt complexen, dit zijn levende, bezielde eenheden van de onbewuste ziel. Zo is zij ook geneigd een zg complexnatuur van het Zelf of het eeuwig ik aan te nemen. Zij erkent wel dat het ik als bewustzijnscentrum een centraal complex van de psyche vormt. Dit is een erkenning waar de analyse eigenlijk ophoudt omdat hier niets verder te ontleden is. We zouden kunnen zeggen: hier vangt de psycho-synthese aan. Want synthese betekent het terug brengen van het complex-ik tot het oorspronkelijke, een-voudige IK. Dit is een niet te onderschatten en zeer moeilijke taak. Immers: het ware Ik is de oorsprong van het bewustzijn. Hoe is die oorsprong van het bewustzijn te ontleden als het analytisch vermogen juist oa aan deze oorsprong ontspringt. De rivier kan haar eigen bron niet omvatten, noch het menselijk brein dat, waaraan het is ontsproten. Dat niettemin het Zelf of het ware IK door de psychologie een complex genoemd wordt is het gevolg van het gecompliceerd vooroordee

uit de Zelfde 3

De Zelfde waarop Jezus zinspeelt, is de mens gegeven als bron van alle kracht. Daarin alleen vinden we ons zelf en beleven we wat het is zich Zelf te zijn. Omdat het de bron van alle kracht is maakt het alle werkelijkheid werkend en levend. Want werkelijkheid is dan pas voor ons werkelijk als het werkt, een werking die we bespeuren in ons eigen wezen. Het Zelfde is de oorsprong van alle weten, de laatste waarheid als ervaarbare werkelijkheid. In de mens is het de 'plaats' van samenkomst van alle geesten in het oneindige bestaan des levens en is het tegelijk heer en meester over al het andere. Dezelfde is eeuwig stil. Tot de Zelfde moet het ik der mensen ingaan, waardoor de levende God in de mens geboren worden kan. Het ware Ik dat zich identificeert met de Zelfde is geen object en kan niet geanalyseerd noch gegrepen worden. Het illusoire ik dat zovele aanzichten heeft en zich tot zo vele maskers kan formeren kan object voor het analytisch denken zijn. Alles wat begrepen en ge-g

uit de Zelfde 2

Hij is en blijft dezelfde ook al gaan tijden over hem heen dat hij ontkend wordt of als een illusie wordt gedoodverfd. Hij is de ene heiland, de oer-vader aller heilanden, ongeboren in de oertijd die geen mens meer achterhalen kan. En altijd werd hij uit een maagd - de maagdelijke ziel-geboren. Alle fantastische voorstellingen die men door de eeuwen heen, in alle tijden in allerlei beelden vereerde, zijn slechts schaduwen van de Zelfde, alsof die voorstellingen uit verschillende belichtingen waren voortgekomen door de dromen der mensen. De Zelfde zal nooit zijn zoals wij hem hebben willen en nooit zal zijn kracht zoetelijk en week of omkoopbaar zijn. De mensen noemden hem Brahma, Allah, Vader, Heer, Christus of Boeddha, maar deze gestalten zijn met Christus uit de Zelfde voortgekomen. Indien de mens naar zijn allerinnerlijkste beleeft dat hij uit de Zelfde is, hoe machtig zal de Zelfde dan in hem blijken te zijn. Dan kan hij krachten gebieden die verreweg machtiger zijn dan hij. Welk e

uit de Zelfde 1

Salome zeide: Wie zijt gij, man, als wiens zoon? Gij naamt plaats op mijn bank en at van mijn tafel. Jezus zeide tot haar: Ik ben hij, die is uit de Zelfde, mij werd gegeven van de dingen mijns Vaders. Salome zeide: Ik ben uw discipel. Jezus zeide tot haar: Daarom zeg ik: wanneer hij de Zelfde is, zal hij gevuld worden met duisternis. Wie deze Salome is, we weten het niet. Wel dat zij volgens dit Evangelie een vurig volgelinge werd van Jezus. Er spreekt verbazing uit haar woorden over zijn leer. Misschien had ze hem nog niet als zodanig ontmoet en was deze wijze van spreken geheel nieuw voor haar. Want wat zegt het eigenlijk dat hij plaats genomen heeft op haar bank en van haar tafel heeft gegeten? Dat doen andere gasten ook en misschien is zij verwonderd dat deze gast, juist deze, zich op een geheel nieuwe wijze kenbaar maakt. Kunnen wij werkelijk weten wie er in ons huis woont? Zijn wij niet altijd bevooroordeeld tov de mensen van wie wij alles menen te kennen, ook al behoren ze tot